In Hollywood maakte ik ooit een tour langs de huizen van beroemdheden. Hopend dat het dichte hek van het hermetisch afgesloten terrein voor mijn neus zou opengaan en Madonna in een cabrio verscheen. Of Leonardo DiCaprio. Wat natuurlijk niet gebeurde. Maar daar moet ik wel aan denken. In mijn hand heb ik de wandelgids Naar de natuur. Wandelen in en rond kunstenaarskolonies. De beroemdheden van toen – we hebben het over de periode 1840-1940 – waren waarschijnlijk wat makkelijker te spotten.
Combinatie van cultuur en natuur
In het boekje elf wandelingen van 9 tot 13 kilometer die kriskras door Nederland voeren. Stuk voor stuk zijn het wandelingen in en rond kunstenaarskolonies, wandelingen die een combi zijn van cultuur en natuur maar iedere keer weer heel anders. Twee starten in vrijwel ongeschonden historische stadjes: Hattem en Veere. En negen in dorpen met heel verschillend natuurschoon: Plasmolen, Oosterbeek, Nunspeet, Zweeloo, Egmond, Katwijk, Dongen, Domburg en Heeze. Vanuit de voormalige kunstenaarskolonie wandel je naar de natuur die hen inspireerde. Of het nou bos, hei, uiterwaarden of strand is. Je begrijpt wel waarom ze daar neerstreken.
Ongerepte leven
Het hele fenomeen heeft iets aantrekkelijks en romantisch. Schilders die een bepaalde periode van het jaar of van hun leven naar een plek trekken om het ongerepte leven vast te leggen: schilderachtige boerderijen, taferelen op het strand en het vissersleven, de klederdrachten, interieurs van eenvoudige huisjes. En om één te zijn met de onbedorven natuur. Plus tegelijkertijd onder elkaar te zijn. Nunspeet trok bijvoorbeeld in een periode van veertig jaar ruim 100 kunstenaars. Niet alleen daar maar bij alle wandelingen – ik liep inmiddels de wandelingen rond Domburg, Hattem en Nunspeet – ontdek ik voor mij bekende en vooral veel onbekende kunstenaars. Van Jan Sluijters, Jan en Charley Toorop en Suze Robertson tot Dirk Koets en de Duitse German Grobe.
Hoe het ooit was
In het wandelgidsje vind je naast de routebeschrijving veel achtergrondinformatie, foto’s en afbeeldingen van schilderijen. Die laten goed zien hoe de omgeving er indertijd uitzag. Zo liep ik in Nunspeet door de Dorpsstraat. Vastgelegd op een schilderij van Jan van Vuuren dat op de cover van Wandelen in en rond kunstenaarskolonies staat, een idyllische weg met wat boerderijen en een kerk. Diezelfde Dorpstraat staat nu bol van de winkels (met uitzondering van de erg leuke en authentieke Dorpsherberg De Roskam). Des te leuker om dat schilderij te zien en je een voorstelling te kunnen maken van hoe het ooit was. Dat maakt het gidsje ook zo aantrekkelijk.
Met kunstmuseum
Ik had zelf niet goed ingeschat dat de wandelingen dan wel niet zo lang zijn, maar doordat er veel te lezen en bekijken is onderweg, duren ze langer dan een gemiddelde natuurwandeling. Ik kwam daardoor helaas tijd te kort om bijvoorbeeld in Domburg naar het Marie Tak van Poortvliet Museum te gaan, waar onder andere werken hangen van de kunstenaars die zich ooit in Domburg vestigden. Met als bekendste Piet Mondriaan. Overigens vind je bij ongeveer de helft van de wandelingen een kunstmuseum dat aan die geschiedenis van de kunstenaarskolonie gerelateerd is.
Kunstenaarskolonie of schildersdorp
Wat overigens het verschil tussen een kunstenaarskolonie en schildersdorp is? Volgens de schrijvers van het wandelgidsje spreek je pas van een kunstenaarskolonie als kunstenaars daar langere tijd verbleven, onderling veel contact hadden en ook een gemeenschap vormden. Anders dan een schildersdorp waar kunstenaars graag kwamen schilderen om de verstilde natuur en het leven vast te leggen. En nog zo wat. Als je je net als ik afvraagt, waarom staan kunstenaarskolonies Bergen (met zijn fraaie museum Kranenburgh) en Laren (met kunstmuseum Singer Laren, zie ook de mooie Trage Tocht Blaricum) niet in de wandelgids? Omdat die twee plekken dus al flink bekend zijn en ze in deze wandelgids willen wandelen in en rond kunstenaarskolonies die wat onbekender zijn. Zodat we ook die leren kennen. Goed idee! Zo krijg je toch het idee dat je ze ter plekke tegen kunt komen.