Soms maakt een plek een onuitwisbare indruk, waardoor je ook jaren later nog weet dat je daar ooit een keer naartoe terug wilt. Dat had ik met de natuur rond Ratum, een buurtschap van Winterswijk. Mijn eerste keer was op de middelbare school toen ik daar vanuit de randstad een week op vakantie was met een paar vriendinnen. De oude boerderij was van de familie van een van hen en lag heel idyllisch aan een onverhard bospad. Zonder directe buren, ideaal voor tieners, want het was de tijd waarin we dachten dat je high werd van het roken van theezakjes. De tijd ook waarin we nakend en gracieus als hinden een door bomen omgeven ven in huppelden. Om daar vervolgens als uitgelaten jonge honden in rond te dartelen. Zonder iemand in de wijde omtrek. Nu, tientallen jaren later, was ik benieuwd of mijn herinnering klopte. Was het er echt zo groen, zo mooi en zo stil? Nog steeds? Op dus naar de Achterhoek. Daar liep ik de Trage Tocht Winterswijk Ratum, want the proof of the pudding is in the eating. Dat was aan het einde van de herfst.
Gouden herfstkleuren
Een dag eerder liep ik elders in de omgeving van Winterswijk, mijn jas open. Gouden herfstkleuren die contrasteerden met de blauwe lucht. Aan het begin van de middag wierp de zon al lange schaduwen vanaf de bosrand over het weiland. Zwarte strepen die reikten tot de boerderij aan de andere kant van het veld. Nog meer contrasten: de diepdonkere akkers waar geploegd was en her en der alleen wat resten van ingedroogde stelen lagen versus knalgroene weilanden met fris gras.
Ossenbloedrode boerderijen
Vandaag ben ik aan het wandelen met de Trage Tocht Winterswijk Ratum. Buiten is het nu grijs, grauw en winderig. En ook al is het weekend, het is stil. Heel stil. Opnieuw wandel ik door een schitterend landschap dat bestaat uit stukken bos afgewisseld met vaak licht glooiende velden, zogeheten bolle essen. Hier en daar één boerderij of een groepje. Ik houd erg van wat de Winterswijkse Saksische boerderij heet, vooral de houten donkergroene – of nog mooier de ossenbloedrode – driehoekige dakgevels die afsteken tegen de grijze lucht. Minstens zo opvallend zijn de enorme scholtenboerderijen. Die stralen grandeur uit met al hun bijgebouwen. De voorhuizen lijken op stadse herenhuizen en doen me denken aan de herenboerderijen die ik ken van het Hogeland. Maar is tijdens deze wandeling alleen het weer anders dan de dag ervoor? Zeker niet!
Langs de Ratumse Beek
Het is tenslotte niet voor niets dat deze Trage Tocht Winterswijk Ratum is opgenomen in de mooie wandelgids Wandelen over ongebaande paden in de Achterhoek. Ongebaand en onverhard dat is het grootste deel van de wandeling. De route voert over graspaadjes langs de randen van akkers, over brede zandpaden in het bos en vooral prachtig is het slingerende bospaadje langs de Duitse grens dat ik lange tijd volg, deels langs de smalle Ratumse Beek. Mooie aflopende oevers, schitterende doorkijkjes naar de omliggende velden kijkend door het bos met dan weer beuken en dan weer berken. Hier patrouilleerde de grenspolitie niet eens zo vreselijk lang geleden nog, op zoek naar smokkelwaar. Een paar eeuwenoude grenspalen herinneren aan dit kommiezenpad dat je ook in zijn geheel kunt lopen. Maar ik buig af. Duitsland in. Dat merk ik eigenlijk nergens aan totdat ik opzij ga voor een mountainbiker die ‘Danke’ roept. Het zou ook kunnen omdat het is gaan regenen en ik mijn hoofd weg heb gestopt in mijn jas. De regen stopt niet meer. Daar tussen de open velden. Dat ik weer in Nederland ben, zie ik aan de straatbordjes als ik in de bewoonde wereld kom.
Kwetsbare planten en dieren
In de beschutting van het bospad door Natura 2000-gebied Willinks Weust kijk ik opnieuw om me heen. Ik zie hoe de grond flink wordt afgegraven en voedselarm wordt gemaakt in het kader van een groot natuurherstelproject. Goed voor allerlei kwetsbare en verdwenen planten en dieren ook al ziet het er nu wat zielig uit. Maar dat is een kwestie van tijd. Het gebied grenst aan de steengroeve van Winterswijk waar nog steeds kalksteen wordt gewonnen. Indertijd kon je rondlopen in het stuk dat niet meer in gebruik was en waar de natuur ongestoord haar gang kon gaan. Nu is de groeve omzoomd door hoge hekken en staar ik vanuit het bos de diepte in. Een paar keer per jaar gaat de groeve open en kun je fossielen zoeken. Die hekken maken ook dat hier al jaren de oehoe in de rotswand broedt. Dus beter zo. Dan ben ik weer terug bij af. Weer of geen weer, de Trage Tocht Winterswijk Ratum heeft mijn herinneringen geactiveerd. Ze zijn onaangetast, net als het landschap.