Vanaf de onopvallende straat zie je alleen een hoge bakstenen muur met stijlvolle toegangspoort met 1647 erop. Geen idee wat daar precies achter ligt, want de Hof van Wouw is gesloten voor publiek. Behalve als je logeert in B&B Cornelia’s Tuinhuis, vernoemd naar de onvoorstelbaar geëmancipeerde en zelfbewuste Cornelia van Wouw, de in 1600 geboren stichter van de Hof. Een verborgen paradijs. Ik denk de meest bijzondere B&B van Den Haag.
Romantische Tuin der Hesperiden
De toegang tot Cornelia’s Tuinhuis ligt aan de achterkant van de Tuin der Hesperiden, die aan de Hof van Wouw grenst. Die tuin is net zo romantisch als het klinkt. Dus als beheerder Paul voor mij de tuinpoort opent, knipper ik met mijn ogen. Ik sta in een moes- en bloementuin met 98 (!) soorten peren, er zijn perken met groenten en kruiden, een robuuste walnootboom van 300 jaar oud en een 200 jaar oude kastanje. Alles onderhouden door bewoners en vrijwilligers. Er is een historische kas, een kopie van die uit de tuin van het Rijksmuseum in Amsterdam, duurzaam verwarmd met warmte uit de lucht. Binnen staan enkele tientallen citrusbomen, de mandarijnen en citroenen hangen aan de takken. In het voorjaar staan de bomen in hun rode kuipen weer in het gras.
B&B Cornelia’s Tuinhuis in stijl
Van hier kom ik in mijn tijdelijke charmante huis, onlangs opgeknapt in stijl met plavuizen en de houten balken weer zichtbaar gemaakt. Een van de hofwoningen, nu B&B Cornelia’s Tuinhuis. De zitkamer heeft een schouw en grote servieskast die de vorige bewoner heeft laten staan. Het do it yourself-ontbijt vind ik in de keuken. Inclusief een oven, eierkoker en Nespresso-machine voor onder andere een crispy croissant, eitje naar wens en verse jus. Binnen is het muisstil. Ik hoor werkelijk niets. Niet van de stad, niet van de andere bewoners. De op zonne-energie aangedreven verduistering van de slaapkamerramen boven is zo sluitend dat ik de volgende ochtend denk heel vroeg wakker te worden maar het blijkt al 10 uur te zijn.
Regentenhuis Hof van Wouw
Snel loop ik door de hof, langs de waterput die op 10 meter diepte drinkwater uit het duin oppompt. Ik krijg een rondleiding door de stijlkamer van het hoge regentenhuis waar Cornelia van Wouw tot op respectabele leeftijd haar administratie deed. Waar getrouwde vrouwen in die tijd golden als handelsonbekwaam, bleef zij ongehuwd en zette de lakenhandel van haar vader voort. Even in de veertig was ze toen ze dacht te gaan sterven. Ze kocht een stuk grond waar zij deze Hof van Wouw met huisjes voor mindervermogende vrouwen liet bouwen, om iets goeds na te laten. Maar ze ging niet dood, ging er zelf ook wonen en werd 81.
Geëmancipeerde vrouw
Nog steeds worden de bewoonsters van de Hof van Wouw geselecteerd volgens de regels uit haar testament. Ze liet tevens vastleggen dat de drie regenten nazaten moesten zijn van haar broers en zussen en minimaal twee van de drie een vrouw. Bijna 400 jaar later is ook dat nog altijd het geval. Zoals zij ook het exacte menu beschreef van het jaarlijks feestmaal ter ere van haar verjaardag voor alle bewoners, behalve ‘seven schotelen’, onder andere ook ‘twee pinten olijve ende asijn daer toe om salade te eeten’. Een bijzonder mens en een bijzonder decor. Dat is het.