Met mijn vader zit ik op een bankje aan de vijver in historische tuin Schoonoord tussen zo’n duizend plantensoorten. In hartje Rotterdam. De stad voelt ver weg. Het gekwinkeleer der vogels klinkt een stuk harder dan de constante uiterst lichte ruis van de auto’s op de drukke Westzeedijk even verderop. Vredig zitten we daar met onze meegebrachte lunch, te luisteren naar de stilte van de stad. Alleen een paar joekels van Japanse karpers komen bellen blazend acte de présence geven.
Duizend plantensoorten
Vanaf de vijver zie je de oudste boom van de tuin, een enorme Libanonceder uit 1901 die met stalen kabels in het gareel wordt gehouden. Zojuist hebben we een verkenningstocht door deze botanische tuin gemaakt. Ik zie zeker vijftig tinten groen, veel bankjes en schaduw. Daar waar de zon komt, is een vruchtenmuur waarlangs struiken vol nog onrijpe aalbessen en kruisbessen staan. En een uiterst productieve vijgenboom. Ik moet dus in ieder geval deze zomer terug. We passeren een kleine kruidentuin, een volière met kleurige vogeltjes waar ik de lol nooit van begrijp, een Japanse lantaarn, fontein en stroomversnelling met mini-waterval. Water domineert in deze lusthof.
Lust en Rust
‘Hier is de lucht schoon’, zegt de Vietnamese man die we al meerdere keren zagen lopen en die ons steeds ontweek. Ik houd het erop dat hij ons niet lastig wilde vallen. Totdat we om de bocht recht op elkaar af liepen en er geen ontkomen meer aan is. Hij blijkt een wandelende encyclopedie die hier iedere dag komt. Voor zuurstof en rust. Lust en Rust heette de buitenplaats toepasselijk bij de aanleg begin 18e eeuw in de Muizenpolder, een dan net ingepolderd weiland pal achter de oevers van de Maas. Een eeuw later is de naamswijziging naar tuin Schoonoord een feit en vandaag de dag is die naam actueler dan ooit.
Rijksmonument
‘Wat zijn die planten met die reuzenbladeren en stekels op de stengels’, vraag ik onze zelfbenoemde gids. ‘Dat is een Gunnera, mammoetblad of reuzenrabarber. Die komt uit Chili en staat hier al 31 jaar.’ Best een precies antwoord vind ik en ben onder de indruk. Hij weet ook dat het tuinhuis door een kunstenaar wordt bewoond en vertelt ons het wrange verhaal over de plaquette voor David Mees, de zoon des huizes die op Bevrijdingsdag 1945 – 20 jaar oud – door de Duitsers in deze tuin om het leven is gebracht. Het brengt mijn vader – exact 2 jaar later geboren dan Mees – en mij op het verleden. Op de herinrichting van tuin Schoonoord in 1860 door architect Zocher, op de geschiedenis van dit Rijksmonument en zijn eigenaren, en op Rotterdam, waar mijn vader al zijn hele leven woont. Maar in deze tuin was hij nog nooit geweest. Hij straalt.
In het programma Andere Tijden is tuin Schoonoord te zien (vanaf 33:32).