Ik begrijp er niks van. Tientallen keren langs een gebouw lopen en het niet zien. Het is ook niet voor het eerst dat mij dit overkomt. Ik ben duidelijk Oost-Indisch blind. In dit geval wel jammer, in de wetenschap dat dit een geweldig lekkere plek is. Ik heb het over Trattoria A Proposito, een Italiaans restaurant op nog geen 50 meter van station Rotterdam Centraal. En het zit er al bijna 30 jaar.
Opgaand in het kantorenpand
Het restaurant zit op de begane grond van het Nationale Nederlanden gebouw. Tot 2009 het hoogste gebouw van Nederland. Ik kijk er dan ook altijd tegenop als ik uit het station kom. Had ik maar voor me uit gekeken. Trattoria A Proposito heeft dezelfde ramen als de rest van het pand en ligt heel onopvallend aan de zijkant, naast het station. Maar nu ik het weet, tja nu zie ik het voortaan natuurlijk altijd liggen.
Typisch Italiaans
Het is midden in de zomervakantie als ik ga lunchen bij Trattoria A Proposito. Dat is mijn geluk, want anders zo laat ik me vertellen, was ik er zonder reserveren waarschijnlijk niet in gekomen. Zeker op dat tijdstip zit dit Italiaanse restaurant in Rotterdam meestal afgeladen met zakenlieden. Kantoren genoeg erboven en in de omgeving. Binnen is een mix van strak zakelijk en typisch Italiaans. Grote glimmende grijze tegels op de vloer, foto’s van de Godfather aan de muur, een scooter in de kleuren van de Italiaanse vlag, net als de muren, een magnum fles Pellegrino naast de wijnflessen en veel foto’s van de kleinkinderen aan de wand. Dit is namelijk in de eerste plaats een familierestaurant.
La mamma in de keuken
Het gezin komt van een eilandje bij Sicilië maar woont al sinds de jaren ’50 in Rotterdam. La mamma is inmiddels 82 en staat met een groot wit schort om haar nek in de keuken. Vader brengt drankjes rond en dochter en zoon doen de rest van de bediening. Ze staan bij binnenkomst heel gezellig met elkaar te kletsen achter de bar. Na al die jaren heeft de moeder er nog steeds lol in om te koken. De dochter vertrouwt mij wel toe dat haar ouders na de lunch op een van de ronde banken in het restaurant even gaan slapen voordat het diner begint. Ze zegt dit met een Rotterdams accent gemixt met Italiaanse woorden. Zoals ook de kaart van Trattoria A Proposito op het schoolbord een mix is van beide talen. Met een ruime keuze aan antipasti, pasta’s, vlees en vis. Hele goede gerechten zonder kapsones. En genoeg drank. Bovenaan de wijnkaart staat meteen de allerduurste fles die ze hebben, een Amarone, want ehh, dat is wel de lekkerste.
Tutto molto bene
Het wordt een copieuze lunch en daardoor wat veel om allemaal uitgebreid te benoemen. Mijn tafelgenoot en ik gaan onder andere voor de pan tostato con mortadella & pistacchi: geroosterd brood met daarop mortadella, pesto van pistachenoten (typisch Siciliaans), ricotta, sinaasappel en munt. We nemen de specialiteit van het huis: ossenhaas met peren, gorgonzola, rode port, pancetta en gebrande amandelen. Plus pijlstaartinktvis in broodkruim met olie, knoflook en ei, kleine pepertjes en rozemarijn. Vergezeld door schaaltjes spaghetti en sla. ‘Tutto bene’, vraagt de dochter. ‘Si, si, multo bene’, weten we uit onze volle monden te persen. ‘Perfetto’, luidt het antwoord. Als we na de zalige cassata en semifreddo willen weten hoe ze die maken en zij de ingrediënten heeft opgesomd – die ik opschrijf – kijkt ze me aan en zegt geamuseerd cynisch: ‘Ga jij nou de recepten van mijn moeder verkopen?’ ‘Nee, zelf maken’, haast ik mij te zeggen. Tussen twee haakjes – zoals de vertaling luidt van A Proposito – ik ga terugkomen, want ik wil nog veel meer proberen. En waar vind je nou zo’n goed en authentiek Italiaans restaurant en dan ook nog naast het station? A presto.